Twee-dagen-vakantie-een

Kunst, Leven
1 mei sprak ik Vriendin.
Tijdens dat gesprek valt het woord ‘hotelkamerveiling.’ Ook: ‘Hotel in Assen, misschien iets voor jullie? Je moet maar eens kijken. Ik koop daar ook regelmatig een overnachting.’
Op slag draaien de radertjes onder mijn schedel. Het zou leuk zijn een kamer in Assen te boeken. Kunnen we vriendin A en man bezoeken. Ook kunnen we met het beschadigde beeld terug naar ‘De Kunsthoek’ in Hijken, niet ver van Assen vandaan. Dat beeld hebben we daar een paar jaar geleden gekocht. Tijdens een storm is het omgewaaid waardoor het ijzer is gebroken. Dat moet worden gelast.

Na het gesprek met A meld ik mij aan bij ‘hotelkamerveiling.nl’. Koop een overnachting met ontbijt.
 Vertel het Man niet. In onze twee-weken-vakantie van augustus stuur ik een mail naar zijn manager. Kan er in september een vrije dag geregeld worden? Als dat kan, boek ik meteen het hotel. 
Dag een.
Man weet nog steeds niets. Als om 06.00 uur de wekker afloopt vertel ik hem over de vrije dag en dat wij samen op pad gaan. Ik verklap een paar dingen, niet alles. Na veel getreuzel met koffie en ontbijt op bed pakken we onze spullen in. Voor onderweg maakt Man krentenbrood met kaas. Een kan met koffie nemen we ook mee. 
 
Het is druk op de weg. Bumper aan bumper rijden wij met een snelheid van 100 km per uur. Plots remmen de auto’s voor ons af. Wat is er aan de hand?
Op de afslag van de A50 naar de A12, in de punt van de driehoek, staat schuin een auto. Een vrouw alleen. Blijkbaar heeft zij de afslag naar de A12 gemist. Zij doet pogingen zich tussen de auto’s te voegen. Op dat punt kan zij natuurlijk geen snelheid maken. Hoe is het mogelijk dat iemand daar gaat staan om in te voegen? Levensgevaarlijk. Waarom niet doorrijden naar de volgende afslag? Dat alles vragen wij ons af. We verzinnen er de meest uiteenlopende verhalen bij. Wie weet schrijf ik daar nog eens een stukje over.
Voorbij Apeldoorn stoppen wij voor brood en koffie. Daar is een grote parkeerplaats. Vooral met mooi weer een leuke plek om te zijn. Gezinnen, mensen alleen, vrouwen in een groepje, kinderen jengelend en kinderen met een ijsje.
Op afstand zie ik hen aankomen.
Hij in een geruite bermuda, gestreept truitje erboven, heuptasje in de hand. Witte benen, witte sokken en sandalen aan, knokige knieën, speurende blik.
Zij in een driekwart gestreepte broek en een grijs met wit gestreept truitje, grote handtas aan de arm.
‘Waar is de auto?’ vraagt de vrouw. De man mompelt iets en wijst in een richting die alle windstreken kan bevatten. Intussen lopen zij heen en weer. Ook weer langs onze auto. Irritatie bij beiden. Paniek ook. Zij gaan harder lopen, kijken, roepen naar elkaar, zwaaien met hun armen. Dan verliezen wij hen uit het oog.
We gaan verder, op weg naar Hijken. Het beeld wordt gemaakt en begin volgende maand kan het weer in onze tuin. Wij zijn blij dat het kan en ook nog zo snel.
Aan het eind van de middag arriveren we in het hotel. Op de begane grond hebben we een prachtige kamer. Ruim, licht en met een paar stoeltjes bij het raam. We kijken uit op groen, bomen en struiken. Voor het avondeten heb ik een tafel gereserveerd. 
Wordt vervolgd…..

Bewaren

waren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Vorig bericht
Tweehonderd
Volgend bericht
Twee-dagen-vakantie-twee

20 reacties. Plaats een nieuwe

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Dit is een verplicht veld
Dit is een verplicht veld
Geef een geldig e-mailadres op.
Accepteer de voorwaarden om door te gaan