Bij de verhuizing ruim 15 maanden geleden is het gereedschap op zolder gezet. Afkomstig uit twee huizen. Genoeg hamers, schroevendraaiers, spanningszoekers, meetlatten, spijkers, moeren en pluggen. Dat willen we uitzoeken. Man doet de voorselectie. Wat niet goed meer is gaat weg. Daarna verzamelen we eerst spullen die in het atelier voor mij handig in gebruik zijn, de rest bewaren we op zolder voor als er geklust moet worden.
Van afstand ook hoor ik hem denken: een vrouwtje alleen in deze winkel weet natuurlijk níet wat zij precies nodig heeft en waar zij het kan vinden. Terwijl een klant hem iets vraagt loopt hij gewoon weg en spreekt mij aan: “Goedemiddag, waarmee kan ik u helpen?”
“Ik wil pluggen voor in gipsplaten, montagekit en vloeibaar hout.” Als hij mij voorgaat, komt Man naast mij lopen. Aangekomen in rij drie wendt de medewerker zich weer tot mij, maar bij het zien van Man stopt hij abrupt midden in de zin met praten. Zijn glimlach en behulpzaamheid verdwijnen als sneeuw voor de zon.
“Hier ligt de lijm, daar de kit en verderop het vloeibaar hout.” En weg is hij. Man heeft meteen in de gaten hoe het ‘spel’ gelopen is. We lachen erom.
Als ik naderhand nog iets aan de verkoper vraag is hij ronduit onvriendelijk. Binnensmonds mompelend lukt het hem nog net mij antwoord te geven, maar liever niet, dat is overduidelijk.
Volgens mij een goed voorbeeld van iemand die zijn zin niet krijgt. “Misschien is hij op zoek naar een vrouw”, oppert Man, “maar nu hij bij jou geen kans maakt, van teleurstelling of boosheid zijn fatsoen niet langer kan bewaren.”
Na nog een bezem te hebben uitgezocht rekenen we af en gaan naar huis. Ik rijd, Man naast me. Bij het stoplicht rechts van ons een Volkswagen Golf. Man achter het stuur. Gespannen lijkt het wel, verbeten gezicht. Wij kijken elkaar aan en zeggen zowat gelijktijdig: “Het lijkt erop alsof hij er een wedstrijd van wil maken wie het snelst weg is.”
Ik ben achter het stuur beslist geen treuzelaar, houd van opschieten, maar met onze Volkswagen Polo van 17 jaar oud kan ik aan zijn auto niet tippen. Een paar honderd meter verder staan we bij het stoplicht weer naast elkaar.
Gelukkig heeft Man geen last van haantjesgedrag. Hij komt heus wel voor zichzelf op. Kan uiterst doortastend zijn in denken en doen en daar ook aan vasthouden. Maar in het geval van klussen en nog zo het een en ander vertrouwt hij echter helemaal op mijn praktische kijk en inzicht.
14 reacties. Plaats een nieuwe
Nu is die arme man helemaal van slag; hij wilde zo graag de koene ridder zijn en dat hebben jullie hem niet gegund. Foei! Het is wel lachen, bij jullie!
Mooie vertelling, Ellie. Overbodig te zeggen dat ik het helemaal herken!
Hihihi, die mannen toch. Een slechte verliezer ook nog die verkoper. Begrijpelijk dat die nog single is. Hihi.
Het was ook wel komisch, Mieke! ij liet zich nogal 'kennen'…. X
Je zult het ongetwijfeld herkennen, Anne.
Wij denken dat hij misschien nog single en op zoek is, Irma….hij baalde er zo van dat Man ten tonele kwam 😉
Geweldig, dit verhaal. Sneu voor die man dat 'ie zo achterlijk reageert.
Dankjewel voor het compliment, Wilma! Die man liet wel zijn ware aard zien…haha…sneu en komisch tegelijk was het!
Mooi beschreven, Ellie. De verkoper springt er in negatieve zin uit 😉
Zo herkenbaar. Vooral als je het “live” meemaakt. Leuk en levendig beschreven 🙂
Dank. Margo! Dan is goed overgekomen wat ik wilde vertellen 😀
Jij was erbij en zag het gebeuren…😀
Ha, het haantje. Wat een verliezer.
Een heel slecht verliezer, getuige naderhand zijn onfatsoen…