Tandarts

Inplantinge

Leven

Een volksbuurt in het centrum van de stad, de wachtkamer van de tandarts.

Hoogblond haar, opgestoken en getoupeerd, veel sieraden, een legging, een fel gekleurd shirt, schoenen met hoge hak, vuurrood gelakte nagels en veel rode lippenstift, weinig tanden in de mond.
 
Goejemorge
Ha Truus, gij hier ok?
Jaha, zoagge ziet ben ik er ok, kom voor mn inplantinge.
Ik moet voor controlere, moar wa hedde gij? Inplantinge, wa zn da voor dinge?
Ge wit wel, nieuw in de mond in ploats van mn eige tande….witte nie!
Dè minde nie….dè is toch wè?!
Jaha, dè is…       
Kèk moar…… 
Haar mond wijd open. Het gesprek, Brabants dialect in pure vorm, was moeilijk te volgen, nu helemaal niet meer. Laat ik er meteen bij vertellen dat degene die denkt dat een Limburgse, opgevoed met Limburgs dialect dat kan, heeft het mis. Nauwelijks te verstaan deze Brabantse vrouwen, zoals Limburgers met hun dialect voor mensen buiten de provincie ook niet zijn te verstaan.
Overigens, mijn tandarts heeft een hekel aan lippenstift. De allereerste keer dat ik hem bezocht heeft hij mij gevraagd of ik bij een volgend bezoek aan hem geen lippenstift meer wilde gebruiken. In 1984 zat ik voor het eerst in zijn stoel. Hij was een zeer vooruitstrevende tandarts en had destijds al een stoel waarin je mocht gaan zitten en dan met een of ander vernuftig systeem in liggende houding terecht kwam. Dat is 30 jaar geleden. Ik heb nooit meer mijn lippen gestift voor een afspraak met hem.
Vorig bericht
Baaldag
Volgend bericht
Domper en trots

12 reacties. Plaats een nieuwe

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Dit is een verplicht veld
Dit is een verplicht veld
Geef een geldig e-mailadres op.
Accepteer de voorwaarden om door te gaan